Zomerse watermeloentaart

Snijd de onderkant van de watermeloenen zodat ze recht staan. Snijd een grote plak van 6 cm dik horizontaal uit het midden van 1 meloen. Snijd 2 kleinere horizontale plakken van 4 en 5 cm dik uit de rest van de meloen. Snijd de schil (met het harde witte deel) van de meloenstukken. Om dit mooi rond te doen, kun je een bordje gebruiken.

Leg de grootste plak meloen op een bord. Leg de 2 andere plakken erop, zodat een stapeltaart ontstaat. Prik 3 prikkers van boven af tot helemaal op het bord om de plakken aan elkaar vast te zetten. Laat de prikkers boven de taart uitsteken.

Schil de kiwi en snijd in halve dunne plakjes. Snijd de ananas- en mangosticks in de lengte in dunne plakjes. Steek sterretjes (of andere vormpjes) uit de overgebleven watermeloen.

Prik 3 blauwe bessen op elk van de 3 prikkers die boven uit de taart steken.

Knip de rest van de satéprikkers in korte stukjes van 4 cm. Prik de mangoplakjes met de prikkers als een schulprandje om de onderste 2 delen van de taart. Prik de kiwiplakjes langs de rand van het bovenste deel. Versier de taart verder met de rest van de frambozen en blauwe bessen. Steek de sterretjes van watermeloen op de bovenste prikkers van de taart, boven op de blauwe bessen.

Serveer de taart in z'n geheel. Verwijder de prikkers voordat je de taart in stukken snijdt. Serveer met de rest van de meloen in blokjes gesneden.