Snelle kersenclafoutis

Oui, oui, c’est clafoutis! Hoe moeilijk het misschien ook klinkt, dit Franse gebak is een fluitje van een cent. Dit taartje staat al in 10 minuten in de oven. Er zijn meerdere varianten mogelijk, maar wij maken ‘m met kersen. Traditioneel eten de Fransen clafoutis als nagerecht, maar hij smaakt ook prima bij de koffie. Bon appétit!

INGREDIËNTEN
30 g boter + extra voor invetten
400 g kersen
75 g bloem 
1 mespunt zout
65 g witte basterdsuiker (pak 600 g, Van Gilse)
3 eieren
300 ml volle melk
2 el poedersuiker

Keukenspullen
lage taartvorm (Ø 24 cm)

Clafoutis beslag
Verwarm de oven voor op 190 °C. Smelt de boter in een pannetje op laag vuur onder regelmatig roeren. Vet de taartvorm in met boter. Ontpit eventueel de kersen en verdeel ze over de taartvorm. Zeef de bloem in een kom en meng het zout en de suiker erdoor. Klop de eieren erdoor, gevolgd door de melk en gesmolten boter, tot er geen klontjes meer zijn.

Clafoutis met kersen
Schenk het beslag over de kersen. Bak de clafoutis in het midden van de oven in ca. 30 min. gaar en goudbruin. Haal de vorm uit de oven en bestrooi de clafoutis met de poedersuiker. Serveer warm.

TIP
Klassiek wordt clafoutis gemaakt van kersen mét pit. Doordat de kersen dan minder vocht verliezen tijdens het bakken, blijft de clafoutis steviger. Maar je kunt hem ook goed maken met ontpitte kersen.